Niet de mens heeft God hier nodig, maar omgekeerd: de volledige betekenis van het goddelijke leven, hun eer en levensgenot danken de goden aan de mensen. “Ons lot staat of valt met een enkele sterveling”, zegt Zeus, “als ze tot het inzicht komen dat wij alleen maar namen zijn.”
Categorie archief: Literatuur
Honoré de Balzac: Verloren illusies (Illusions perdues)
We volgen Lucien in de hallen, restaurants en salons van het Parijs van de restauratie, en kijken onze ogen uit in alle details van het stadsleven: van de mode in de Jardin de Luxembourg tot de courtisanes in de houten galerijen en de bedrijvigheid in restaurant Flicoteaux, thuishaven van de Parijse studenten. Het is van een levensechtheid die overrompelt, van een vertelkracht die doet vergeten dat we überhaupt met verbeelding te maken hebben.
Louis Paul Boon – De paradijsvogel
De mens wordt geworpen in een trieste wereld, waar hem lijden en dood wachten, en verzint daarom een illusie die hem hoop verschaft. Maar die illusie (een onzichtbaar Niets, een onbestaand Nooit) zorgt alleen maar voor meer ellende.
Sei Shōnagon: Het Hoofdkussenboek
We schrijven Japan eind tiende eeuw, aan het hof van keizerin Teishi in de Heian-periode. Hofdames rijden er af en aan in koetsen, ontvangen hun minnaars bij maanlicht en wisselen gedichten uit. Alleen al voor een blik in die wondere wereld is dit een eindeloos onderhoudend boek.
Bohumil Hrabal – Al te luide eenzaamheid
De hele novelle lang hanteert Hrabal deze bezwerende stijl, de lange, via komma’s steeds een nieuw zijpad inslaande zinnen, waarbij hij schakelt tussen droge humor en hoge dramatiek, parlando-achtige tussenzinnen en verheven filosofische observaties. In zijn hart is Hrabal een humorist, in zijn hoofd een tragicus.
F. Bordewijk: Karakter
De hele roman getuigt van een zeldzame beheersing. De thematiek (de botsing van de drie hoofdkarakters) hoeft niet te vrezen voor de tand des tijds. Karakter is één van de Grote Nederlandstalige Romans; Bordewijk hoort thuis op het podium naast Multatuli, Vestdijk, Boon, Mulisch en Hermans.
Aharon Appelfeld: Badenheim 1939 & The retreat
Uit deze boeken spreekt vooral de nadruk op de gewrongen positie van geassimileerde joden. Ze dachten deel te kunnen worden van een nationale of kosmopolitische gemeenschap, maar zijn gedoemd de ‘vreemde’ te blijven in weerwil van zichzelf, en staan anderzijds al te ver af van hun wortels of hebben de jodenhaat te zeer geïnternaliseerd om een haven te vinden in hun afkomst.
Yambo Ouologuem: De onvermijdelijkheid van geweld
Ouologuems meesterwerk is één van de grote romans van de vorige eeuw, misschien wel de meest brute roman die ooit geschreven is. In vergelijking met Ouologuem is Faulkner een doetje.
Werner Herzog: Ieder voor zich en God tegen allen
Het is te filmisch om een leven te zijn: van een armoedige jeugd in een Beiers bergdorp over een gestolen eerste camera tot een onvoorstelbare reeks bijna dood-ervaringen met ontweken kannibalen, neergestorte vliegtuigen en vulkaanuitbarstingen.
Georgia O’Keeffe: Art and letters
Georgia O’Keeffe’s leven is vervlochten met haar kunst: het groen van de lente aan Lake George, haar leemstenen huis in New Mexico, zitten in de schilderijen samen met de emoties die ze er beleefde. Haar beschrijvingen verrijken en verlichten haar werken.
