Anaïs Nin: Little Birds

In de inleiding van Little Birds lijkt Anaïs Nin zich te verontschuldigen voor de frivoliteit van een erotische verhalenbundel; de erotica is ‘written on empty stomachs’, door schrijvers die het geld zozeer nodig hebben dat ze niet meer met ‘real writing’ kunnen bezig zijn. En toch is het geen verwerping; want in het besef dat ‘very few writers have of their own accord set down to write erotic tales’ schuilt ook een mogelijkheid. Nin stelt zich niet tevreden met erotische literatuur als broodwinning, maar diept het uit en verheft het zo tot literair fenomeen. ‘The sexual life is usually enveloped in many layers […] It is a veiled woman, half-dreamed’, besluit ze de inleiding. Als geen ander doordringt Nin die lagen, en slaagt ze er tegelijkertijd in dat seksuele leven als gesluierde vrouw recht te blijven doen.

Het is de ambivalentie tussen het frivole en het mysterieuze die de verhalen zelf doorkruist. Er is iets lichts in haar erotische verhalen, schetsen van enkele bladzijden maar, waarin de ontluiking van seksualiteit vaak samengaat met een grensoverschrijding. De dromerige sfeerschepping betovert; exotische vogels, schoolmeisjes op een balkon, de ontmoeting met een engelachtige verschijning in de zee in de nacht; Nins beelden lijken soms meer op expressionistische symbolen dan op functionele verhaalelementen. Er is een vreemdheid die je opslokt. Nooit beschrijft ze typische ontmoetingen van partners, als die al bestaan; er is altijd iets unheimlichs in haar erotische vertellingen en een asymmetrie in de relaties; modellen tegenover schilders, driehoeksverhoudingen, incestueuze elementen, het opzoeken van de grens tussen erotiek en aanranding.

Ondanks het dromerige gaat ze de rechtstreekse behandeling van haar thema niet uit de weg; seks staat op de voorgrond als seks, met harde penissen, natte vagina’s en tintelende orgasmes. In Mandra bijvoorbeeld:

I kiss her clitoris, still wet from the bath; her public hair, still damp as seaweed. Her sex tastes like a seashell, a wonderful, fresh, salty seashell. Oh Mary! […] Her sex is open; I can bite into it, kiss it, insert my tongue. She does not move. The little clitoris stiffens like a nipple. My head between her two legs is caught in the most delicious vise of silky, salty flesh.

Maar nooit vervalt ze in clichés, vulgariteit of herkenbaarheid, en in die zin is Nins erotiek toch meer suggestief dan descriptief; in haar taal en verhaal roept ze het genot en de spanning op die ze haar personages toedicht. Zo sublimeert ze het dierlijke van de seks tot het literaire. Er valt een interessante analyse te maken van de leeservaring van dit soort erotiek, want leesgenot dient hier letterlijk genomen worden; dit zijn verhalen die opwinden, die de verbeelding openbreken, die letterlijk lichamelijk prikkelen (veel meer dan de botte lompheid van de erotiek in een Fifty Shades of Grey). Narratieve elementen van dat leesgenot als het verlangen naar het vervolg van het verhaal en de spanningsboog hebben hier een erotisch karakter die ze als metaforen verletterlijkt. Nin doet voelen, ze is schrijver van de zintuigen; lichamen, stoffen, aanrakingen staan op de voorgrond. Daarbij is het vooral opvallend hoezeer de reukzin aanwezig is in deze verhalen (zeker in vergelijking met literatuur in het algemeen): de geur van saffraan, van lichamen, dieren, bloemen, muskus… brengt de scenes tot leven en trekt het erotische weg van het zuiver esthetische naar een suggestie van beleving en nabijheid.

De ‘little birds’ van de titel zijn de vogels van het openingsverhaal (waarin een man een appartement betrekt voor het uitzicht op een meisjesschool en hij de meisjes naar zijn balkon lokt door exotische vogels) maar zijn tegelijkertijd de meisjes van de verhalen, met hun fladderende rokjes en onzekerheid maar verlangen naar de daad, meisjes waarin het seksuele nog niet gebroken is.

Daarbij is er het contrast van de maagdelijke vogeltjes als engelachtige verschijningen met de geseksualiseerde vrouw als panter of moederfiguur. Veel van de verhalen gaan over de overgang en het botsen van erotiek en seksualiteit, de schoonheid van het zuivere maagdelijke tegenover het verlangen naar het brute seksuele genot. De seksueel ontwaakte vrouw is daarbij tegelijkertijd een terugkeer naar het primitieve en dierlijke. Nin tekent haar als passief en vol, als een panter, een tijger. Zoals in de beschrijving van Bijou, ‘the queen of whores’, waarbij Nin een Afrikaanse exotistische isotopie aanhoudt van de seksuele vrouw als dier, gelinkt aan woestijn en ‘African savages’. Ze ligt passief als een dier, ‘absolutely quiet, languid’, met een ‘animal scent’, en een skin ‘dry like some desert sand’. Ze is een Medusa, waarbij zelfs haar dikke haren seks ademen: ‘full of life, heavy, and as pungent as if it had been bathed in sperm […] musky, oily, strong’.

Het vatten van het erotische is het voornaamste antwoord op de vraag waarom deze verhalen goed zijn, maar onderliggend zijn ook psychologische processen gaande. In verschillende verhalen speelt een ontkoppeling; vrouwen die nergens thuishoren en die via seks willen voelen; in andere de nabijheid van lesbische relaties die frigide vrouwen doet ontbloeien.

Veel verhalen tonen grensoverschrijdingen; een vrouw wordt verdoofd genomen, een man toont zijn lid aan schoolmeisjes, modellen worden gebruikt door hun opdrachtgevers. Nin laat de morele vraag daarbij volledig buiten beschouwing; het overschrijden is het erotische. Maar het plaatst de verwikkeling van (im)moraliteit, erotiek en esthetiek op de voorgrond. De expliciete, symmetrische en wederzijdse toestemming van #metoo lijkt die transgressie te makkelijk tot het zuiver immorele te reduceren. In seksualiteit zit een transgressie, een gevaar, iets dwingends dat zelf sensueel en esthetisch is – en niet louter in fictie.

Zo is dit kleine boekje veel meer dan een boekje; via de erotiek is Nin doorgedrongen in het narratieve leesgenot als zodanig, en in haar tekening van de mens gesitueerd tussen engel en dier toont die zich in zijn existentiële kwetsbaarheid en puurheid. Tegelijkertijd is het als louter erotische verhalenbundel een krachttoer in zijn soort; stomend en prikkelend tekent Nin dromerige taferelen waarin haar vermenging van directheid met suggestieve sensualiteit zorgt voor een leesorgasme.

door Ana

Plaats een reactie